Athena's uil (Athene noctua), of vroeger "steenuil", is een kleine, gedrongen uitziende vogelsoort uit de Strigidae familie (uilen). Het is de meest dagactieve van de strigidae, ondanks zijn Latijnse naam (noctua, letterlijk "nachtvogel", maar meer algemeen "uil"). In het oude Griekenland was hij een attribuut van Athena, de godin van de wijsheid. Deze soort is klein, iets kleiner dan een duif, gemiddeld 26 cm lang. Hij is ook rond en gedrongen en weegt tussen de 180 en 200 gram. Zijn kop is afgeplat met een laag voorhoofd; zijn ogen zijn geel onder witte, fronsende wenkbrauwen, waardoor hij er streng uitziet. De schedel is bezaaid met kleine witte vlekjes. Zijn snavel is groenachtig geel. Het verenkleed op het bovenlichaam is grijsachtig met lichtere vlekken; de borst is witachtig met bruine strepen. De staart is kort. De poten zijn bedekt met kleine witte veertjes. De "wiebels" van zijn kop zijn karakteristiek, net als zijn golvende vlucht en zijn duidelijke, korte roep, een soort "kiou kiou" of "kiwitt". Beide geslachten zijn identiek en de jongen zijn bleker dan de volwassenen. Hij heeft een spanwijdte van ongeveer 60 cm. Het oorspronkelijke verspreidingsgebied van de Athena-uil is het Middellandse Zeegebied, waar hij een open omgeving (olijfgaarden) vond die geschikt was om te nestelen. Geleidelijk breidde hij zijn verspreidingsgebied uit door de verspreiding van open landbouwgrond door bossen te volgen. Tegenwoordig komt de steenuil in heel Europa voor, met uitzondering van Ierland en Scandinavië. De steenuil is een bosvogel die bijna overal te vinden is (behalve in dichte bossen), en over het algemeen altijd in de buurt van gewassen en weilanden. Hij komt voor in open, gecultiveerde gebieden zoals boomgaarden, waar hij nestelt in de holtes van oude bomen, vandaar zijn lokale bijnaam "appeluil". Hij is ook te vinden in clapa's, bosjes, holtes in muren en nestkasten - op voorwaarde dat het donker is. Hij blijft jaar na jaar trouw aan dezelfde woning en kan zelfs in konijnenholen nestelen.